806 30 OCTOBER 1925. ten behoeve van de gemeente Breda verbeu ren eene boete van 10.per dag, zoolang de overtreding voortduurt. De boete begint te loopen, voor wat artikel 3 betreft, op den dag, dat de te betalen termijn is vervallen en voor de overige artikelen op den dag, waarop aan de overtreders bij deurwaarders- exploit het geconstateerd zijn der overtreding is aangezegd. 9o. De kooper is verplicht, en zulks op straffe eener dadelijk opvorderbare boete ten behoeve der gemeente Breda van f 10.000.—wegens het enkel verzuim in de nakoming dezer ver plichting en zonder dat een ingebrekestelling hiervoor noodig is, bij geheele of gedeelte lijke verdere overdracht van zijn gekochte, aan den nieuwen verkrijger al de bepalingen in deze voorwaarden gemaakt, daaronder begrepen het geheele onderhavige artikel, eveneens op te leggen en daarbij overeen komstige boeten ten behoeve der gemeente Breda te bedingen. lOo. De kosten op den verkoop en de levering vallende, de kosten van opmeting en alle verdere kosten zijn voor rekening van de koopers. De heer APPELBOOM wenscht aanteekening in de no tulen, dat hij tegen dezen verkoop is, omdat hij den prijs te laag vindt. Verslagen: Door den heer CERUTTI wordt, namens de commissie, belast met het onderzoek der rekening van den Warenkeu- ringsdienst over 1924, gerapporteerd, dat zij die rekening

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 806