80 b. dat het gebouwtje niet van bestemming ver- andere en nimmer geheel of gedeeltelijk als woning worde ingericht of gebruikt; d. dat, wanneer binnen drie maanden na de dag- teekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze ge acht wordt niet te zijn verleend; 5 FEBRUARI 1925. ontheffing toe te staan onder de volgende voor waarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel; c. dat, ter voldoening aan art. 5 der Woningwet, de vereischte teekeningen, ingericht volgens art. 105 der Bouwverordening, aan Burge meester en Wethouders ter goedkeuring wor den aangeboden; en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van een dezer voorwaarden de verleende uitzon dering vervalt. 18. Adres van M. J. Rosman, daarbij ontheffing ver zoekende van art. 15 der Bouwverordening, ten behoeve van de verbouwing van een pakhuis en afdak tot wagenloods en garage op het perceel aan de Molenstraat, kadastraal bekend sectie B. no. 6082. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond heidscommissie en den Adjunct-directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet- heuders, om de gevraagde uitzondering toe te staan. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan adressant de gevraagde ontheffing toe te staan onder de volgende voor waarden a. dat geen verandering worde gebracht in de grenzen van het perceel;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 80