5 FEBRUARI 1925.
81
b. dat op de overblijvende open ruimte niets
worde gebouwd of opgericht;
c. dat de te bouwen wagenloods en garage niet
van bestemming veranderen en nimmer geheel
of gedeeltelijk als woning worden ingericht en
gebruikt
d. dat, ter voldoening aan art. 5 der Woningwet,
de vereischte teekeniningen, ingericht volgens
art. 105 der Bouwverordening, aan Burge
meester en Wethouders ter goedkeuring wor
den aangeboden;
e. dat, wanneer binnen drie maanden na de dag-
teekening van dit besluit van de verleende
ontheffing geen gebruik is gemaakt, deze ge
acht wordt niet te zijn verleend
en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van
een dezer voorwaarden, de verleende uitzon
dering vervalt.
19. Adres van de firma Janssens en Van Was beek,
daarbij ontheffing verzoekende van art. 15 der Bouwveror
dening, alsmede vrijstelling van de voorwaarde sub b, ge
steld bij raadsbesluit van 22 Februari 1924, en zulks ten
behoeve van het bouwen van een auto-garage op de open
plaats van het perceel aan de Zoutstraat, kadastraal bekend
sectie A no. 4242, en de overdekking van de open plaats
van het naastgelegen winkelhuis.
Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond
heidscommissie en den Adjunct-directeur van Openbare
Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet
houders, om de gevraagde uitzondering en vrijstelling toe
te staan.
De heer SPEYART VAN WOERDEN wijst er op, dat
in dit geval een woning wordt opgeofferd. Spr. vraagt, of