892 1 DECEMBER 1925. De heer CERUTTI vraagt, of de heer Z ij 1 m a n s niet een amendement wil indienen voor een hoogeren prijs. De heer ZIJLMANS antwoordt hierop, dat hij dit onmo gelijk doen kan, zoolang er geen behoorlijk exploitatieplan bestaat. Er is geen vaste lijn. Tot zoolang zou Spr. den grond verkoop willen stopzetten. De heer HAALMAN vraagt, wanneer de behandeling van zijn voorstel tot het instellen van een grondbedrijf kan worden tegemoet gezien. Er zal dan een commissie van bijstand kunnen komen, waardoor voor een groot gedeelte aan de bezwaren van den heer Z ij 1 m a n s kan worden tegemoet gekomen. De heer ZIJLMANS wenscht, dat geen onderhandelingen worden aangeknoopt, alvorens er een vast plan bestaat en de koopers weten, waaraan zij zich te houden hebben. Over de autobussen wordt uren gesproken en over deze zaak, waarmede honderdduizenden gemoeid zijn, wordt losjes heengegaan. De VOORZITTER zegt, dat de beschouwingen van den heer Z ij 1 m a n s den indruk naar buiten zouden kunnen wekken, alsof de prijzen niet behoorlijk onder de oogen zijn gezien. Dat is geenszins het geval. Er is indertijd een basis opgezet, die door den Raad in den breede is bezien en aanvaard. Wat de aanvrage van Klavers betreft, is het bekend, dat deze reeds vroeger een punt van bespreking heeft uitgemaakt. De wenschelijkheid tot instelling van een grondbedrijf wordt onderzocht. Burgemeester en Wethouders staan er sympathiek tegenover. De heer ZIJLMANS herhaalt, dat men aan de stukken geen houvast heeft. Spr. heeft slechts een schema aan gegeven, hetwelk voor verbetering vatbaar is. Hij heeft dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 892