5 FEBRUARI 1925. 89 sluit, dat als de financieele toestand beter wordt, nog altijd op het aanvankelijk plan kan worden teruggekomen. Het verzoek van den heer N u ij t e n zal bij de uitvoering van het thans te nemen besluit nader onder de oogen worden gezien. De heer HORNIX persisteert bij zijn verzoek, om alsnog een plan met behoud van de boomen aan den Raad over te leggen. De heer MOLL deelt mede, dat de boomen, welke ziek zijn, noodzakelijk gerooid moeten worden. Spr. geeft de verzekering, dat elke boom, die behouden kan blijven, zal blijven staan. De heer ZIJLMANS kan aan de mededeeling van den heer Moll nog toevoegen, dat de Directeur zelfs van plan is nieuwe eiken en beuken aan te planten. Zonder verdere bedenkingen wordt alsnu over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders besloten. 26. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot on- derhandsche verhuring van een perceel bouwland in den Belcrumpolder aan L. A. J. van de Corput voor den tijd van één jaar, ingegaan 1 Januari 1925 en verder van jaar tot jaar, tegen een huurprijs van f 150.per jaar. Den heer SPEYART VAN WOERDEN is het opge vallen, dat, terwijl in het voorstel sprake is van verhuring van jaar tot jaar, volgens de ontwerp-huurovereenkomst slechts voor een jaar wordt verhuurd. Spr. meent, dat de verklaring hiervan deze is, dat met het oog op de zegel- kosten, telkens een nieuw contract voor een jaar zal worden opgemaakt. Verder wijst Spr. op het voordeel, dat er voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 89