90 5 FEBRUARI 1925. de huurders in gelegen is, bijtijds zekerheid te hebben om trent de wederinhuringhij dringt er op aan, den pachters dienaangaande meer zekerheid te geven. De heer PELSTER bevestigt, wat het eerste punt betreft, de meening van den heer Speyart van Woerden. Ten aanzien van het andere punt antwoordt Spr., dat een tijdige beslissing van den Raad omtrent wederinhuring afhankelijk is van het tijdig indienen van een verzoek tot wederinhuring door den huurder. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 27. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om de subsidie van het Burgerlijk Armbestuur over 1924 met f 5000.— te verhoogen en te brengen op f 37.000.— én in verband hiermede de gemeente-begrooting voor 1924 te wijzigen. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienoverkomstig besloten. 28. Adres van C. N. van den Broek, daarbij ont heffing verzoekende van een der bepalingen van de algemeene verkoopvoorwaarden van bouwterrein aan den Marksingel, met gunstig prae-advies van Burgemeester en Wethouders. Zonder eenige bedenking wordt dienovereenkom stig besloten. 29. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij ter vaststelling aanbiedende de ontwerp-begrooting der plaat selijke inkomsten en uitgaven, alsmede de ontwerp-begroo- tingen van inkomsten en uitgaven der navolgende instellingen en bedrijven, welke afzonderlijk worden beheerd als

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 90