22 DECEMBER 1925.
931
„bedoeling, dat de door de buitenleerlingen te betalen les
gelden zouden worden verhoogd. Dit is geschied. Daarnaast
„werden veranderingen aangebracht, waardoor bereikt werd,
„dat niet meer op eiken leerling behoeft te worden bijgepast.
„Evenwel konden door verlaging der subsidie voorgenomen
„reorganisatieplannen niet worden doorgevoerd. Indien nog
„voor enkele jaren de oude subsidie werd toegekend, dan
„bestaat de groote mogelijkheid, dat de school door de reor
ganisatie na enkele, misschien een tiental jaren, het geheel
„zonder subsidie kan stellen.
„Volgens spreker is het voortbestaan der school, die bijna
„50 jaar werkt, een gemeentebelang. Door tegenslagen als
„subsidieverlaging kon dit voortbestaan wel eens bedreigd
„worden en dat het bestuur daardoor ontmoedigd voor de
„verdere vervulling van haar taak bedankt. De gemeente zou
„dan zelf de zaak moeten aanpakken, waarmede veel hoogere
„bedragen dan deze subsidie gemoeid zouden zijn.
„Bovendien is het volgens spreker ook een arbeidersbelang.
„Nog al te weinig is het bekend, dat er gratis lessen worden
„gegeven in zang, enz.
„Ook in de beide andere afdeelingen werd door meerdere
„leden aangedrongen op verhooging der subsidie."
Zeer duidelijk spreekt daaruit, dat het tijdig geven van
grootere subsidie de kans bijna zeker maakt, dat er, na
eenige jaren, geen steun meer zal noodig zijn.
Naast de ethische, is het dus om zoo te zeggen een
commercieele plicht, hier tijdig en flink te steunen.
Ik wil besluiten, Mijnheer de Voorzitter, met een punt,
wat me, zooals li kunt weten, zeer na aan het harte gaat
en welker behandeling in de Memorie van Antwoord al
zeer aan den bovenaangehaalden heer De Vargaz deed den
ken. Namelijk de Openbare Scholen voor Voorbereidend
Onderwijs of wel de Bewaarscholen. Ook daarover hoop
ik straks uitvoeriger te mogen sprekendoch het zij me
vergund, er hier even in 't algemeen het volgende van te
mogen zeggen,