22 DECEMBER 1925
935
In het aangezicht van steeds nader komende verkiezingen,
moge thans ook de heer Haaiman worden gevraagd
Waar is Uw program?
Bij de verkiezingen van den Raad in 1922 verklaardet Gij
in „Concordia"„Mijn program is het program der S. D. A. P.''
In de strooibiljetten liet Gij dat achterwege. Op de affiches
poseerde Gij als de man van het algemeen belang, als een
soort neutraal middenstandscandidaat. Na de verkiezingen
en na een voor U ongunstige wethoudersverkiezing, stichttet
Gij de z. g. Democratische Volkskiesvereeniging; nog later
naar een bericht in de Bredasche Courant hebt Gij
op het punt gestaan tot het kamp der Vrijzinnig-Democraten
toe te treden.
Bij dat alles mag een „democraat" zich toch wel afvragen,
of het volk er nog wel veel van zal begrijpen.
Het weer later aanbieden van bloemen aan een Heilig-
Hart-beeld, hoezeer als particuliere aangelegenheid mogelijk
voor anderen dan principieel Israëlieten te waardeeren, is
veel uitgelegd als een daad van politieke beteekenis.
Het is daarom, dat in naam der democratie, voor de on
gereptheid der politieke zeden, den heer Haaiman ge
vraagd mag worden, nu nog waarschijnlijk een flinke tijd
voor de verkiezingen: Heer Haaiman, zeg ons duidelijk
en klaar: Waar is Uw program? Hoe luidt dat program?
Welke zijn de overwegingen, die U bij Uwe veelzijdige
politieke creaties hebt laten gelden?
Thans, Mijnheer de Voorzitter, iets over de samenstelling
van het College van Burgemeester en Wethouders.
Volgens het Centraal Rapport is er in alle afdeelingen
opgemerkt, dat de samenstelling van het College geen af
spiegeling is van die van den Raad.
Ik onderschrijf deze uitspraak, Mijnheer de Voorzitter,
namens mijn fractie volkomen. De meerderheid van dezen
Raad wil een meerderheid in het College van z. g. demo-
cratische signatuur. Dat is thans allerminst het geval.
In zaken van socialen aard als loon, werktijd, wachtgeld,