940 22 DECEMBER 1925. waarheid van het spreekwoord„La critique est aisée, mais l'art est difficile" en met leedwezen, daar het mij zeer veel moeite zal kosten, om in het vervolg nog eenig vertrouwen te kunnen schenken aan de meerderheid van dit College van Burgemeester en Wethouders. Hoe verlokkend ook sommige opmerkingen in het Centraal- Rapport mij uitnoodigen om in den breede daarop in te gaan ik zal trachten de verleiding te weerstaan. Toch moet het mij van het hart, dat het een niet tegen te spreken feit is, dat gedurende vrijwel deze geheele zittings periode, heel wat tijd, arbeidslust en werkkracht te loor is gegaan met de behandeling van zaken, die, hoe belangrijk overigens ook, zeer zeker niet als het directe belang dezer gemeente mogen worden beschouwd. Ware die tijd, die arbeidslust en die werkkracht niet heel wat beter besteed met de voorbereiding, bespreking en uit voering van zaken, die voor een gemeente als Breda van zoo'n bijzonder groot belang kunnen zijn Voorzeker. Maar, wanneer dit nu eenmaal niet zoo is, wanneer in dezen Raad, maar ook in den boezem van het College van Burgemeester en Wethouders een verstandhou ding heerscht, die geenszins bevorderlijk kan zijn aan de behartiging der waarachtige belangen dezer gemeente, wan neer men met verbitterd gemoed gaat naar de vergaderingen van den Raad en met nog aizer verbittering huiswaarts keert, wanneer men dit alles beschouwt, dan rijst voorzeker de vraag: aan wien, wie of wat de schuld van dit alles? In het Centraal Rapport vindt men voorzeker een der antwoorden, die hierop zouden kunnen worden gegeven. De samensteiling van het College van Burgemeester en Wethouders, aldus verluidt het daar, is niet meer een zui vere afspiegeling van die des Raads. Deze opmerking, Mijnheer de Voorzitter, is niet van mij, doch ik onderschrijf haar ten volle en ik kan dan ook ten eenenmale niet begrijpen de struisvogelpolitiek van het Col lege, wanneer dit in de Memorie van Antwoord neerschrijft:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 940