23 APRIL 1926.
117
onverwacht worden verhoogd, dat die verhooging door den
kooper wordt vergoed Dit schijnt meer voor te komen, n.l.
als er in dergelijke gevallen van force majeure sprake is.
Zoo hebben schippers recht op vergoeding van verhoogde
vrachtprijzen bij ijsgang. Spr. geeft toe, dat er bij inwilliging
van dit verzoek een gevaarlijk precedent wordt geschapen,
maar hij vindt het toch billijk daaraan tegemoet te komen.
De heer KOOPERBERG is het niet met den heer
Hornix eens. Het is in den handel volstrekt geen gebruik
om bij verhooging der vrachten restitutie daarvan te geven.
De VOORZITTER zegt, dat een dergelijke bepaling
weieens in contracten voorkomt, maar niet werd opgenomen
in het onderhavige contract. Er is reden om aan te nemen,
dat in geval van verlaging der vrachtprijzen, die verlaging
niet ten voordeele van de gemeente gekomen zou zijn.
Zonder verdere bedenkingen wordt overeen
komstig het prae-advies van Burgemeester en
Wethouders besloten.
13. Afwijzend prae-advies van Burgemeester en Wet
houders op het adres van TH. P. J. K o r e m a n s, oud-
leeraar der Ambachtsschool, om toekenning van wachtgeld.
De heer CERUTTI merkt op, dat de heer Koremans
zich al meermalen met een dergelijk verzoek tot den Raad
heeft gewend. Spr. maakt zich sterk, dat, als adressant geen
leeraar, maar werkman bij de Gasfabriek was geweest, hij al
wel een tegemoetkoming zou hebben gekregen. Spr. vraagt,
of er geen weg gevonden kan worden om adressant tege
moet te komen.
De heer HORNIX herinnert in dit verband aan de
regeling voor de losse werklieden, die tengevolge van de
reorganisatie van het Gasbedrijf ontslagen zijn. Spr. vindt,