124 23 APRIL 1926. met het oog op den hier heerschenden woningnood meer dan noodig is. De VOORZITTER merkt nog op, dat de gemeente getracht heeft langs de grens woningen voor sociaal-achter lijken te bouwen die poging is evenwel afgestuit op de scherpere bepalingen der bouwverordening eener andere gemeente, die daarin geen wijziging wenschte te brengen. Zonder verdere bedenkingen wordt met inacht neming van de door den Voorzitter aangegeven wijziging, conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 18. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot voorloopige vaststelling van een bouwverbod op gedeelten van perceelen, vallende buiten de nieuwe rooilijn aan de Oostzijde van de Koningstraat en hoek Achterom. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 19. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijziging van het Raadsbesluit, betreffende den verkoop van een perceel bouwterrein in den Belcrumpolder aan de firma Gebrs. T o u w, in dien zin, dat het terrein recht streeks zal worden overgedragen aan de N. V. Ijzer- en Metaalgieterijen voorheen Gebrs. Touw. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 20. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot wijziging van de heffingsverordening op openbare vermake lijkheden, luidende als volgt

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 124