23 APRIL 1926.
125
„Door de Vereeniging „Het Nederlandsche Stamboek-
„trekpaard" zal inde maand Juli as. in deze gemeente een
„tentoonstelling worden georganiseerd, die onderworpen zal
„moeten worden aan heffing van belasting op openbare
„vermakelijkheden.
„Bij een gehouden bespreking door den Voorzitter van
„ons college met twee leden van het bestuur van voormelde
„vereeniging, is komen vast te staan, dat, al kon aan de
„hand van de bepalingen der verordening niet anders worden
„gedaan, in het onderhavige geval een zoodanige toepassing
„niet volkomen werd gedekt door de klaarblijkelijke bedoeling
„der verordening en derhalve tot onbillijkheid zou leiden.
„Al moge de belasting op openbare vermakelijkheden een
„zuivere verteringsbelasting zijn, waarbij het begrip „winst"
„geheel behoort te worden uitgeschakeld en derhalve niet
„criterium mag zijn voor belastbaarheid, eenigermate anders
„wordt de zaak, wanneer blijkt dat de verordening objecten
„in de belasting betrekt, waarbij niet alleen geen sprake is
„van winst maken, maar welke door hun bijzonder karakter
„of opzet of door het speciale doel, dat men zich daarbij
„voor oogen stelt, als 't ware aangewezen zijn om een
„belangrijk verlies op te leveren.
„Zonder twijfel is geconstateerd kunnen worden bij de
„reeds gemelde bespreking, dat bij deze tentoonstelling met
„haar bijzonder karakter niet alleen het winst maken abso-
„luut wordt uitgesloten, maar bovendien, dat elk jaar, dat
„ze tot nu toe werd gehouden, een zeer belangrijk bedrag
f 20,000, door de organisatorenpersoonlijk ter bereiking
„van het doel, dat zij zich gesteld hadden, moet worden
„bijgepast.
„Om nu aan de niet van grond ontbloote bezwaren door
„de bestuurderen van meergemelde vereeniging naar voren
„gebracht tegemoet te komen, maar tevens om voor het
„vervolg bij soortgelijke gevallen eenige vrijheid van toe
passing te hebben, voor zoover er zich gevallen zullen
„voordoen, die gezegd kunnen worden toch een eenigszins
