23 APRIL 1926.
139
De heer CERUTTI, die indertijd deel heeft uitgemaakt
van de vorige commissie voor salarisherziening, zegt uit
ervaring te weten, dat een dergelijke opdracht een van de
moeilijkste is, welke een commissie kan worden gegeven.
Spr. geeft dan ook in overweging, den Wethouder van
Financiën te benoemen als voorzitter, opdat deze de com
missie voorlichte.
De VOORZITTER zegt, dat het College zich op het
standpunt stelt, dat deze commissie geheel vrij moet staan.
Er zal dus geen wethouder als voorzitter van die commissie
optreden, wel kan daaraan desverlangd een ambtenaar ter
Secretarie worden toegevoegd als secretaris.
Alsnu wordt overgegaan tot stemming.
Er worden ingeleverd 18 stembiljetten, waaruit blijkt,
dat zijn uitgebracht op de heeren Kroon e, Speyart
van W oerden en Van W erkhooven ieder
16 stemmen, op den heer Cerutti 14, op den heer
Z ij 1 m a n s 11, op den heer Schlaghecke 3, op de
heeren Appelboom, Cohen en Schrauwen ieder
2 stemmen en op de heeren Elich, Hornix en K o o-
p e r b e r g ieder 1 stem, terwijl één stembiljet blanco is
ingeleverd.
Zoodat tot leden van de commissie voor
salarisherziening zijn benoemd de heeren
F. F. X. Cerutti, J. N. K r o o n e, Mr.
E. L. M. H. Baron Speyart van Woer
den, J. A. van Werkhooven en
A. W. Z ij 1 m a n s.
De heer ZljLMANS verklaart de benoeming niet aan te
nemen.
Zoodat ter vervulling van den vijfden zetel in
die commissie een nieuwe vrije stemming moet
plaats hebben.