160 23 APRIL 1926. „en adviseert deze aan te gaan. „Blijkens tnededeeling van den waarnemend Geneesheer- Directeur is het Diaconessenhuis eveneens bereid onge- „huwde vrouwen tegen dezelfde voorwaarden in het ziekenhuis „op te nemen. „Naar aanleiding van het vorenstaande hebben wij de „eer U machtiging te verzoeken tot het aangaan van over- „eenkomsten met de Stichting „Moederheil" te Ginneken „en het Diaconessenhuis alhier, betreffende de opneming „van kraamvrouwen voor rekening van deze gemeente onder „de voorwaarden als vermeld in de hierbij gevoegde ont- „werp-overeenkomst". De heer APPELBOOM zegt, dat het zijn aandacht ge trokken heeft, dat het Sint Ignatius-Ziekenhuis niet in deze aangelegenheid is betrokken, doch wél de Stichting „Moe derheil', welke niet eensin deze gemeente gevestigd is. Spr. vraagt in dit verband, of er ook onderhandelingen met het Sint Ignatius-Ziekenhuis gevoerd zijn zoo ja, wat is daar van het resultaat geweest De heer MOLL deelt mede, dat er wel degelijk onder handelingen met het Sint Ignatius-Ziekenhuis gevoerd zijn. Deze inrichting vroeg echter f3,vergoeding per dag voor de moeder en f 1,50 voor het kind, terwijl de Stichting „Moederheil" f 1,50 vraagt voor de moeder plus 25 ct, voor het kind en f 1,— voor het kind alleen. Dit enorme prijsverschil is de reden geweest, waarom de onderhande lingen met het St. Ignatius-Ziekenhuis terstond zijn afge broken. De heer VAN WERKHOOVEN vraagt zich af, hoe het mogelijk is, dat „Moederheil" de verpleging tegen zoo geringe vergoeding op zich kan nemen. Als de behandeling daar echter toch goed is, vindt Spr. het een daad van wijs beleid om met „Moederheil" te contracteeren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 160