25 JUNI 1926. 277 Bij den ombouw der Gasfabriek moest de directie geas sisteerd worden. Thans loopt het bedrijf echter normaal. Er zijn aan de bedrijven verschillende hoofdambtenaren ver bonden. Aan het laboratorium van het departement van financiën zijn analysten werkzaam, die onder leiding van scheikundigen proeven nemen. Hier betreft het niets anders dan eenvoudige proefnemingen. Spr. vraagt zich af, of deze functie niet kan verricht worden door een der in dienst zijnde ambtenaren. De heer ZIJLMANS heeft zich aanvankelijk mondeling en schriftelijk tegen dit voorstel verzet. Spr. heeft ten slotte aan den Directeur de pertinente vraag gesteld, of deze aanstelling absoluutnoodig is. Hierop heeft Spr. geen antwoord gekregen. De voorzitter der Gascommissie heeft echter bij de bespreking van dit punt verklaard, dat ieder aan de Gasfabriek zóó belast is, dat de aanstelling van dezen ambtenaar noodzakelijk is. Spr. heeft toen in over weging gegeven, de tijdelijke aanstelling te verlengen. De toekomst kan nog leeren, of een scheikundige noodig is. Spr. ziet zich genoodzaakt tegen dit voorstel te stemmen. De heer KORTEWEG deelt mede, dat een vast schei kundige aan de Gasfabriek beslist noodig is. Er moet zooveel mogelijk gas uit de kolen worden gehaald. Deze ambtenaar is den geheelen dag bezet om proeven te nemen, met cokes-, teer- en ammoniakonderzoek. Een jaar geleden was aan de Gasfabriek een tijdelijk scheikundig-ingenieur werkzaam. Deze was in hoofdzaak bestemd om analyses te maken. Dit was vóór den ombouw niet noodig. Thans moeten de ovens worden ingesteld, proeven genomen, enz. Vroeger haalde men 20 tot 25 M3 gas uit èèn ton steenkolen en thans 41 M8. De tijdelijk technisch-ambtenaar K r a g t i n g wordt thans overbodig en werkt nog eenigen tijd voor het Waterleiding bedrijf. Op 1 Augustus e. k. zal deze ambtenaar worden ontslagen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 277