288
25 JUNI 1926.
en meent, dat de Tuinbouwvereeniging daartegen geen be
zwaar kan hebben,
De heer ZIJLMANS sluit zich aan bij den heer S p e y-
art van Woerden. Het is een zaak van groote betee-
kenis. Wanneer nu allerlei tegemoetkomingen worden gedaan,
welke later niet kunnen verwezenlijkt worden, dan zal de
Tuinbouwvereeniging ontbinding der overeenkomst kunnen
vorderen. Thans is het recht aan ons en het is nog de
vraag, wat in de toekomst gebeuren zal.
De heer KORTEWEG wijst erop, dat de Tuinbouwver
eeniging is begonnen met een stuk grond te koopen. Er is
toen gezegd, dat er een stamlijn door den Belcrumpolder
zou komen, waarop het veilingsgebouw zou kunnen aan
sluiten. Nadien hebben er onderhandelingen plaats gehad
met de directie van de Spoorwegen en het bestuur van de
Tuinbouwvereeniging, waarbij gebleken is, dat voor het
eerst gekochte terrein de gewenschte verbinding niet kon
verkregen worden. De zaak is nader onderzocht, er zijn
berekeningen gemaakt en daarbij is gebleken, dat de kosten
van die aansluiting zijn te stellen op 60 cent per M3 voor
het geheele terrein, hetwelk een oppervlakte heeft van 10
H.A. De Tuinbouwvereeniging was aanstonds bereid haar
evenredig aandeel te betalen. De zaak is om te zorgen, dat
de stamlijn zoo spoedig mogelijk tot stand komt, hetgeen
ook voor de verdere exploitatie van den Belcrumpolder
van belang is.
De heer APPELBOOM sluit zich aan bij den heer
Speyart van Woerden. Hij vindt het gevaarlijk om
zich tegenover derden te verbinden, zoolang niet de zeker
heid bestaat, dat de gemeente die verbintenis zal kunnen
gestand doen.
De VOORZITTER wijst erop, dat alleen aanhangig is
het voorstel tot verkoop van grond aan de Tuinbouwver-