28 JUNI 1926. 301 medeleven in een belangrijk moment van onze gemeentelijke ontwikkeling Uw Raad heeft steeds met groote hartelijkheid van hun gaven kennis genomen en onderstreepte steeds krachtig onze voorstellen om den schenkers, wier namen op zich zelf reeds belangstelling voor Breda beteekenen, in de meest waardeerende bewoordingen dank te betuigen. Al zijn die namen U bekend, toch vraag ik verlof om achter de notulen van deze vergadering deze met de gaven andermaal te vermelden. In de raadzaal, in de trouw- en ontvangzaal, in de leeszaal, in de gangen van dezen vleugel van den bouw, in den binnenhof, overal ontmoet men de vrijgevig heid. Het innemen van deze waardige zetels, zoo straks het gebruik van de fraaie meubelen in de ontvangzaal, een rustpoos op de bank hiernaast, stemt tot dankbaarheid. Het daglicht in deze zaal, na eenigen tijd dat in het trappenhuis, het kunstlicht bij Uwe raadsvergaderingen, bij Uwe voor bereidende studiën in de leeszaal, bij Uwe betreding van den binnenhof, bij Uw passeeren van gangen en trappen, dag- en kunstlicht stralen edelmoedige vrijgevigheid uit. Gij komt met de offervaardigheid in aanraking als gij den vloer van de leeszaal betreedt, zij zal mij inspireeren als ik in Uwe vergaderingen dezen hamer hanteer of de pen in den inkt doopzij zal U in de ware stemming brengen, als gij, ter vergadering den binnenhof doorschrijdend, zult worden ontvangen door den in het historische beeld van Breda nu eenmaal onmisbaren turfschipper. Niet beter dan door deze samenwerking van de schenkster van het legaat en van zoovelen, die hun belangstelling op royale wijze deden blijken, kon worden gesanctionneerd het besluit van den Raad om de zaak der verbouwing breeder aan te vatten dan oorspronkelijk in de bedoeling zal hebben gelegen. Dank zij Uwe besluiten kon gezamenlijk een bedrag van f 240.000 voor het doel worden besteed, waardoor mede eenige veranderingen in het oude Stadhuis, als inrichting van drie Wethouderskamers, tot heden ongekend, konden worden aangebracht. Wij danken U voor het vertrouwen,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 301