334 30 JULI 1926. van 16 Maart j.l. tot onteigening van gebouwen en erven aan de Keizerstraat, in dien zin te wijzigen, dat de laatste zinsnede er van, als zijnde onwettig en onnoodig, komt te vervallen, met gunstig prae-advies van Burgemeester en Wethouders. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. 27. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om den ontruimingstermijn van de onbewoonbaar verklaarde wo ningen aan den Achterom nos. 63, 65, 67, 69, 73, 75 en 36 met zes maanden te verlengen. Zonder eenige bedenking wordt daartoe be sloten. 28. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, om de voormalige Bank van Leening te verbouwen tot Arbeids beurs met twee bovenwoningen en daarvoor een crediet beschikbaar te stellen van f 13000,—. De heer ZIJLMANS vraagt, of het in de bedoeling ligt, het werk publiek aan te besteden. De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De heer MEIJVIS vraagt, wat men van plan is te doen met het gebouw, waarin de Arbeidsbeurs thans is gevestigd. De VOORZITTER zegt, dat dit te zijner tijd zal worden overwogen. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 29. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het bouwen van een politie-posthuis op het Dr. Jan Ingen-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 334