338 30 JULI 1926. 31. Adres van het bestuur der Stichting Nutsscholen, verzoekende beschikbaarstelling van gelden voor de aan schaffing van schoolmeubelen ten behoeve van de bijzondere scholen aan de Catharinastraat en de Bouwerijstraat, met gunstig prae-advies van Burgemeester en Wethouders. De heer VAN WERKHOOVEN heeft in de stukken alleen een prijsopgaaf van de firma Van Turnhout aangetroffen. Spr. vraagt, of hij daaruit moet opmaken, dat er bij geen andere firma's om prijsopgaaf is gevraagd. De VOORZITTER antwoordt, dat de Raad in deze alleen machtiging heeft te verleenen tot medewerking. De aanschaffing der meubelen geschiedt na overleg van het schoolbestuur met Burgemeester en Wethouders. De heer VAN WERKHOOVEN vraagt, of die meubelen niet door de leerlingen der Ambachtsschool kunnen worden vervaardigd. De VOORZITTER Men kan den leerlingen der Am bachtsschool niet aldus de vervaardiging van bepaalde objecten opdragen men laat hen die voorwerpen maken, welke in verband met het onderwijs van nut zijn. Een op dracht van bedoelde strekking zou, daargelaten andere bezwaren, het onderwijs niet ten goede komen. Ook de concurrentie-kwestie zou zich voordoen. Zonder verdere opmerkingen wordt conform het prae-advies van Burgemeester en Wethou ders besloten. 32. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot vaststelling der gemeentelijke vergoeding ex art. 101 der L. O. wet 1920 aan de bijzondere schoolbesturen over het jaar 1924, luidende als volgt: „Ingevolge het bepaalde in art. 101 der L. O. Wet 1920,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 338