376 30 JULI 1926. van den in hunne gemeente bestaanden geneeskundigen dienst. Aangezien deze inlichtingen echter geen bepaald richtsnoer of systeem aangeven, daar de regelingen meer zijn samengesteld naar plaatselijke omstandigheden en be hoeften dier gemeenten, zal ook voor Breda een regeling getroffen moeten worden, welke aanpast aan de plaatselijke omstandigheden en behoeften dier gemeente. Wanneer men nu echter iemand uit een andere gemeente tot Directeur van den geneeskundigen dienst gaat benoemen, d. w. z. iemand, die elke plaatselijke kennis mist, zou dat dan de aangewezen persoon zijn om hier een goede regeling te treffen Bovendien zit men dan vast aan diens opinie of men komt in conflict met zijn eigen ambtenaar. Vervolgens beroept Spr. zich op de artikelen van „Medicus" in de plaatselijke bladen. De heer MOLL Wie is „Medicus" De heer APPELBOOM Dat weet ik niet, maar wat ik wel weet is, dat alle doctoren hier ter stede het met zijn inzichten eens zijn. Als Burgemeester en Wethouders zich daarvan niets aantrekken, dan bestaat er maar één oplos sing, n 1. drie geneesheeren van buiten de stad te benoemen en aan hen de organisatie van den geneeskundigen dienst op te dragen men zal het dan echter zonder specialistische hulp moeten stellen, want men kan de specialisten daartoe niet dwingen, als men hen eerst voor het hoofd heeft ge- stooten. Ik heb er indertijd op aangedrongen, het advies van den Geneeskundigen Kring in te winnen. Waarom is dit niet geschied? Men had dan een behoorlijk advies van deskundigen kunnen hebben. Hoe denken Burgemeester en Wethouders zich de nieuwe regeling, als zou blijken, dat de plaatselijke medici eens niet tot medewerking bereid zijn De VOORZITTER Uw betoog staat toch niet in het teeken van een dreigement

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 376