b. dat op de open ruimte van het perceel niets mag worden gebouwd of opgericht d. dat de beerput, welke na verbouwing in de bergplaats zou komen te liggen moet worden geplaatst in het open blijvend gedeelte van het perceel f. dat, wanneer binnen zes maanden na dagteekening van dit besluit van de verleende ontheffing geen gebruik wordt gemaakt, deze geacht wordt niet te zijn verleenden onder bepaling, dat bij niet- vervullirig van een dezer voorwaarden de verleende uitzondering vervalt. 396 20 AUGUSTUS 1926. 7. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij in verband met het raadsbesluit van 30 Juli j.L, waarbij in beginsel werd besloten aan J. B. Ruedisueli ont heffing te verleenen van art. 15 der Bouwverordening ten behoeve van het verbouwen eener bestaande en het bouwen eener nieuwe bovenwoning bergplaats op het perceel hoek Gasstraat en Middellaan ter vaststelling aanbiedende de voorwaarden, waaronder zij deze ontheffing zouden willen zien verleend. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten aan Ruedisueli de gevraagde ontheffing te verleenen onder de vol gende voorwaarden a. dat geen veranderingen worden gebracht in de grenzen van het perceel c. dat de bergplaats nimmer geheel of gedeeltelijk tot woning zal worden ingericht e. dat, ter voldoening aan art. 5 der Woningwet, de vereischte teekeningen, volgens art. 105 der Bouw verordening, aan Burgemeester en Wethouders ter goedkeuring worden aangeboden 8. Adres van Gebrs. Bielars, J. C. Pennocken P. van der Linden, eigenaren van nieuwgebouwde wo ningen aan het Nonnenveld, verzoekende de aldaar gelegen noodwoningen zoo spoedig mogelijk te ontruimen en af te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 396