40 5 FEBRUARI 1926. De heer CERUTTI zegt, dat zulks voor den Raad geen beletsel kan zijn om zijn beginsel-besluit te herzien. Spr begrijpt niet, dat Burgemeester en Wethouders, die in andere gevallen zoo krenterig kunnen zijn getuige hun houding ten opzichte van de herhaaldelijk gedane verzoe ken om verlichting van het fietspad door het Valkenberg met zoo'n royaal opgezet plan, als het onderhavige, uit den hoek komen. Wat de verlichting van bedoeld fietspad betreftten lange leste komt een voorstel daartoe op de agenda van heden voor, doch Spr gelooft, dat dit nog niet gebeurd zou zijn als niet onlangs de heer Speyart van Woerden daarop had aangedrongen. Spr is eenigszins jaloersch op den magischen invloed, welke de heer Speyart van Woerden blijkbaar op het College uitoefent. De VOORZITTER weerspreekt dit; de geheele Raad heeft erop aangedrongen. De heer CERUTTI De feiten wijzen het toch uit. De verlichting van het fietspad was door B. en W. al afge wimpeld toen verhief de heer Speyart van Woerden zijn stem ten gunste daarvan en terstond komen B. en W. met een voorste! daartoe. Aan Spr's verzoek om den ingang van het Valkenberg beter te verlichten is echter geen ge volg gegeven en evenmin aan dat om de fonteinen wat vaker te doen spuiten. Als het College zoo doorgaat met in het klein te bezuinigen, zal Spr. het in het groot doen en derhalve tegen dit voorstel stemmen. De heer HORNIX zal ook tegen het voorstel stemmen en wel om de volgende redenen. De overgang naar het Valkenberg is nog niet lang geleden opnieuw bestraat,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 40