p
15 SEPTEMBER 1926.
427 \J
Zoodat de heer J. H. Kreugel is benoemd
tot lid van het Burgerlijk Armbestuur.
9. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
ter voorziening in de vacature van lid van het College van
Regenten van het Oude-Mannenhuis, ontstaan tengevolge
van de periodieke aftreding van den heer H F. J. N. W.
T e m m i n c k, die voor een herbenoeming niet meer in
aanmerking wenscht te komen, in overleg met dat college,
ter benoeming aanbevelende
10. F. W. A. N e e t e s o n, te Ginneken.
2o. Mr. F. E. Pels R ij c k e n, te Breda.
De VOORZITTER brengt een woord van dank aan
den heer T e m m i n c k voor zijn diensten, welke hij de
gemeente in die functie heeft bewezen. Vervolgens zegt
Spr., dat van enkele zijden de vraag is gesteld, of het wel
juist was, dat een niet-inwoner van Breda op de voordracht
stond. Spr. kan daarop antwoorden, dat het reglement voor
het Oude-Mannenhuis zich daartegen niet verzet.
Alsnu wordt overgegaan tot stemming.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan 9 op den
heer Neeteson en 9 op den heer Pels R ij eken.
Niemand de volstrekte meerderheid verkregen
hebbende, wordt overgegaan tot een nieuwe
vrije stemming.
De uitslag daarvan is, dat wederom worden uitgebracht
18 stemmen, waarvan 10 op den heer Pels Rij eken, 7
op den heer Neeteson en 1 op den „aftredende".
Zoodat de heer Mr. F. E. Pels R ij c k e n
is benoemd tot lid van het College van Regen
ten van het Oude-Mannenhuis.