480
28 OCTOBER 1926.
a dat geen verandering worde gebracht in de gren
zen van het perceel
b. dat op de overblijvende open ruimte niets worde
bijgebouwd of opgericht
c. dat de te bouwen bergplaats binnen 6 Meter
van de achtergrens van het te bebouwen perceel
niet hooger mag worden opgetrokken dan
4 Meter
d. dat de te bouwen bergplaats niet van bestem
ming verandere en nimmer geheel of gedeeltelijk
als woning worde ingericht of gebruikt
e. dat, ter voldoening aan art, 5 der Woningwet,
de vereischte teekeningen, ingericht volgens
art. 105 der Bouwverordening, aan Burgemeester en
Wethouders ter goedkeuring worden aangeboden;
dat, wanneer binnen zes maanden na de dag-
teekening van dit besluit van de verleende ont
heffing geen gebruik is gemaakt, deze geacht
wordt niet te zijn verleend
en onder bepaling, dat bij niet-vervulling van
één dezer voorwaarden de verleende uitzondering
vervalt.
14. Adres van den Chef van het bureau van Onderhoud
bij het Departement van Financiën, daarbij ontheffing ver
zoekende van art 15 der Bouwverordening ten behoeve
van het plaatsen van een bijgebouw in den tuin van het
perceel Delpratsingel no. 23.
Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond
heidscommissie en den Adjunct-Directeur van Openbare
Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet
houders om de gevraagde uitzondering toe te staan.
De heer HORNIX merkt op, dat het adres reeds op
3 September j.l. is ingekomen de zaak is dus al 8 weken