29 NOVEMBER 1926
529
„zijn verstoord. Het denkbeeld van verbreking
„van concessie-voorwaarden kan in de bestaande
„omstandigheden bij ons niet den minsten steun
„vinden, zulks op gronden ontleend zoowel aan
„de billijkheid als aan het belang van het publiek
De heer KROONE is door het antwoord van Burge
meester en Wethouders niet bevredigd.
Er kan van een richtige naleving der concessievoorwaar
den geen sprake zijn. Zoo is daar b. v. de vertraging in
den loop der bussen tijdens de Ginnekensche kermisals er
bussen over zijn, dan behooren die op dergelijke drukke
dagen ingelegd te worden in den stadsdienst en niet gebruikt
te worden om een muziekgezelschap naar Geertruidenberg
te brengen. Een ander voorbeeld Is het soms juist, dat de
concessionaris eigendunkelijk een lijn opheft Spr. weet wel,
dat die zaak is terechtgekomen, maar het feit op zich zelf
is toch niet in den haak.
Voorts vermeldt de dienstregeling, dat de eerste bus via
de Haagpoort om 8 uur voormiddag van het Station ver
trekt, terwijl in de concessie-voorwaarden staat, dat de dienst
uiterlijk om 71/» uur moet aanvangen. Naar aanleiding hier
van vraagt Spr., of deze dienstregeling in overleg met het
College is tot stand gekomen en dit zijn goedkeuring daar
aan heeft gehecht.
De Directie van de Monopol Automobiel Import Maat
schappij heeft de klachten, welke in de pers tot uiting
waren gekomen, zij het dan indirect, zelf erkend. Spr.
dringt er dan ook op aan, vanuit het College van Burge
meester en Wethouders een ernstige waarschuwing tot den
concessionaris te richten.
Vervolgens haalt Spr. een voorbeeld aan van iemand,
die, expres vroeger uit „Concordia" vertrokken zijnde om
den bus, welke via de Haagpoort naar het station rijdt, te
hebben, door de schuld van den chauffeur, die hem naar
den bus-Ginnekenstraat verwees, te laat aan den trein kwam.