14 DECEMBER 1926 573 en 1 den naam van den heer Sassen, terwijl 1 biljet blanco is ingeleverd. Zoodat de heer Jhr. Mr. L. J. M. van Sasse van IJsselt is benoemd tot lid van het College van Regenten van het Oude-Man- nenhuis. De heer VAN SASSE VAN IJSSELT, deswege door den Voorzitter ondervraagd, verklaart deze benoeming aan te nemen. 8. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij aanbiedende het verslag van den toestand der gemeente over 1925. De VOORZITTER stelt voor, dit schrijven voor ken nisgeving aan te nemen. Daartoe wordt besloten. 9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot voor- loopige vaststelling van een bouwverbod op een gedeelte van een der perceelen, gelegen aan de Prinsenkade hoek van Bergenstraat. De heer SPEYART VAN WOERDEN zegt, dat het college bekend kan zijn, dat de muur van bedoeld perceel aan de zijde van de Prinsenkade in een deplorabelen toe stand verkeert. Spr. vraagt, of het in het voornemen van Burgemeester en Wethouders ligt, daarin verbetering te brengen. Het is hem n.l. bekend, dat de eigenaresse van dat perceel zich met een desbetreffend verzoek tot Burge meester en Wethouders heeft gewend en daarop tot be scheid heeft ontvangen de mededeeling, dat zal worden nagegaan of en in hoeverre tot het verbeteren van dien buitenmuur zal worden overgegaan. Daar de tegenwoordige

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 573