652 30 DECEMBER 1926. „van dit deel van den geneeskundigen dienst nader onder „de oogen te zien. „Wij stellen U voor, een geneesheer als bedoeld in vas- „ten dienst te benoemen op een gesplitste jaarwedde n.I. „van f 2000,— voor zijn vervangers- en assistentiediensten „en van f 4000,— ter vergoeding voor verzorging van arm- „lastige zieken. Laatstgenoemd salarisdeel van f 4000, „geldt voor drie jaar en zal worden herzien tegen den tijd „dat de functionaris drie jaren zijn ambt zal hebben vervuld. „Elet zal den geneesheer vrij staan particuliere praktijk uit „te oefenen. „Onder de gegadigden deden zich twee geneesheeren „voor, die meer bijzonder voor de functie geschikt bleken, „n.I. in alphabetische volgorde de heer W. F. Anderegg, „arts te Oirschot en de heer C. J. M. P a y e n s, arts te „Purmerend. „Wij hebben de eer U uit te noodigen uit hen een keu- „ze te doen. „Met nadruk moeten wij U verzoeken omtrent deze mis- „sive de geheimhouding te bewaren". De heer MEIJVIS merkt op, dat de Voorzitter het den heer Haaiman kwalijk neemt, dat deze den inhoud van de nota openbaar heeft gemaakt, terwijl deze verleden week al bekend was in de wandelgangen van de Provinciale Staten in Den Bosch. De VOORZITTER Dat mag voor een ander nog geen reden zijn om de geheimhouding eigenmachtig op te heffen. Spr. moet tegen de handelwijze van den heer Haaiman opkomen, ook omdat Burgemeester en Wethouders anders te zeer in hun mededeelingen aan den Raad zouden worden beknot. De heer VAN WERKHOOVEN deelt mede, dat omtrent de nota niet alleen in de wandelgangen van de Staten,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 652