660 30 DECEMBER 1926 „H ofman in die functie te benoemen. Met die mededee- „ling, die van beide zijden niet zonder opoffering tot stand „was gekomen, verklaarde het College zich accoord en de „beide afgevaardigden-medici zouden haar in den Kring „verdedigen. De Burgemeester kon de langdurige conferentie „sluiten met uiting te geven aan het vertrouwen, dat de „meening van de heeren in den Kring zou worden ge waardeerd. „Niet gering was onze verbazing, den brief van 19 No vember d. a. v. van het Kringbestuur onderteekend door „den Voorzitter, Dr. S c h a 1 ij te ontvangen, waarin werd „medegedeeld, dat „nogmaals met algemeene stemmen" was „besloten de oude eischen te handhaven, behoudens het „terugtreden van den heer B e i n t e m a. Het schrijven ver baasde, omdat het wederom dezerzijds aangevat overleg waartoe de Kring zich bereid had verklaard geen „resultaat had wegens bestendiging van eischen, waarvan „men wist, dat ook de Raad ze niet kon toegeven en het „bevreemdde niet minder, omdat het besluit „met algemeene „stemmen" bleek genomen, terwijl de heeren Schalij en „Klei n-S wormink ter conferentie hadden gezegd de „hunnerzijds geformuleerde, boven weergegeven mededeeling „te zullen bepleiten. Was de heer Beintema in de ver gadering van den Kring geweest, dan had ook hij geen „deel van de „algemeene stemmen" kunnen uitmaken, zulks „op grond van zijn houding op 30 Augustus in een confe rentie met den Voorzitter van ons College, waarbij hij met „een oplossing als bovenbedoeld reeds had ingestemd. „Er behoorde ongetwijfeld taai geduld toe om na deze „bejegening alsnog pogingen te doen tot overeenstemming „te geraken. „De Inspecteur van de Volksgezondheid te Velp (G.) „Dr. P i e k e m a, was van den gang van zaken steeds ten „volle op de hoogte gehouden. Den 22 November zou deze „met ons College een conferentie houden en gaarne aan vaardden wij zijn denkbeeld daarbij den Voorzitter van den

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 660