706
30 DECEMBER 1926
door het College geen beslissing op het aanbod van den
heer H o u b e n werd genomen.
De heer MOLL: Het gaat om de onwaarheid!
De heer APPELBOOMDe Voorzitter heeft straks ook
dit telefoongesprek een onbeteekenende quaestie genoemd, en
men bedenke toch, dat het aanbod H o u b e n het College
uit de impasse hielp.
De heer MOLLOp 4 December heb ik den heer
H o u b e n opgebelddeze was er mee tevreden, dat zijn
voorstel in de eerstvolgende vergadering van Burgemeester
en Wethouders werd afgedaan.
De heer APPELBOOMDe Geneeskundige Kring ging
daarmee niet accoord en oordeelde het terecht niet behoorlijk,
dat op 3 December in deze eenvoudige quaestie door Bur
gemeester en Wethouders geen beslissing was genomen.
De heer MOLL De heer H o u b e n heeft tot tweemaal
toe het bestaan der bewuste afspraak ontkend Het gaat er
bij mij om, niet voor leugenaar uitgemaakt te willen worden.
De heer APPELBOOM vindt telefoongesprekken zeer
gevaarlijk en meent, dat speciaal de heeren van de overzijde
reden hadden om huiverig te zijn van telefoongesprekken.
Spr. blijft er bij, dat Burgemeester en Wethouders in hun
beleid zijn te kort geschoten door op 3 December geen be
slissing te nemen op het aanbod van dr. H o u b e n. Voorts
zegt hij niet te begrijpen, dat in Juli slechts een derde der
armlastingen in het A. A. Z. B. was ingeschreven, aangezien
uit een rapport, hem door den heer Moll verstrekt, bleek,
dat in Januari bevorens reeds meer dan de helft was inge
schreven. Maar, aannemende, dat de mededeeling nopens
een derde juist is, dan blijkt daaruit alleen, dat de raming
der kosten (f 18000,iets te laag is geweest. Het bedrag