90 16 MAART 1926. 25. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij verzoekende hen te machtigen tot de uitvoering van werken, de verandering van de verhoogde gazons op het Stations plein betreffende, en hun daarvoor een crediet toe te staan van f 4200,—. De heer HORNIX heeft ter plaatse een kijkje genomen en is tot de conclusie gekomen, dat de voorgestelde ver andering der gazons niet aan de eischen, welke het verkeer daar stelt, voldoet; zij zouden nog te veel plaats innemen. Vooral aan de zijde van den Stationsweg moet z. i. het verhoogde gazon nog veel meer ingekrompen worden. Een goede verkeersregeling is op dat punt zeernoodig, maar ook mèt een zoodanige regeling is meer ruimte daar hoog noodig. Ook is het volgens Spr. een fout, dat bij uitvoering van dit plan de midden op het plein gelegen vluchtheuvel met de daarop geplaatste lantaarn zal verdwijnen de voetgangers zullen dan vaak niet weten waar zij blijven moeten. De heer ZIJLMANS geeft ook in overweging de ver hoogde gazons nog meer in te korten dan op de bij dit plan overgelegde teekening is aangegeven en de hoeken aan de zijde van de Willemstraat half-cirkelvormig te maken. Spr. gelooft, dat de toestand ter plaatse dan veel verbeteren zal. De heer APPELBOOM kan zich geheel aansluiten bij de woorden van de heeren Hornix en Zijlmans. Spr. had ook verwacht, dat men den vorm der gazons juist omgekeerd zou hebben ontworpen, dus met den ronden hoek naar de zijde van de Willemstraat, zulks lijkt hem practischer en hij geeft dan ook in overweging dit alsnog te doen. Voorts dringt Spr. aan op het ten spoedigste in het leven roepen van een goede verkeersregeling. Ten slotte deelt hij mede, hier en daar schampere opmerkingen te hebben ge hoord over het bedrag, dat met de uitvoering van dit plan gemoeid zal zijn; het publiek vraagt zich n. 1. af, waarom

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1926 | | pagina 90