992 1 DECEMBER 1927 De heer MOLL onderschrijft het betoog van den heer Van de Ven. Spr. herinnert aan het schema, dat indertijd bij de reorganisatie van den Geneeskundigen Dienst is op gezet en waarin naast vrije artsenkeuze, vrije apothekerskeuze voorkwam. De Raad heeft zich toen algemeen daarvoor uit gesproken. Spr. zou de vrije apothekerskeuze dan ook willen behouden. De heer CERUTTI acht vrije artsenkeuze juist, maar vrije apothekerskeuze onzin. De medicamenten zijn immers overal dezelfde. Spr. komt op tegen de kleineerende wijze, waarop de heer Van de V en over de handeling van den heer Wetselaar heeft gesproken. De heer Wetselaar is er evenals ieder staatsburger volkomen toe gerechtigd om van het recht van petitie gebruik te maken. En, waarom zou de heer Wetselaar ook niet mogen deelen inde ver diensten, verbonden aan het gereedmaken van recepten voor armlastige patiënten De groote afstanden kunnen geen bezwaar zijn, want de apothekers wonen hier allen in een kleinen kring. Spr. zal de actie van den heer Wetselaar dan ook ten krachtigste steunen. De VOORZITTER licht het voorstel nog even toehet kwam de meerderheid van het College juist voor, op de apotheekzorg voor de armlastige patiënten in de ziekenhuizen, het rouleer-systeem toe te passen, aangezien daarmede alle apothekers worden bevredigd. Hetzelfde systeem geldt bij de gemeente ook reeds voor notarissen, boekhandelaren enz. In tegenstelling met den heer Van de Ven, is Spr. van meening, dat daardoor geen inbreuk wordt gemaakt op de vrijheid der armlastigen. Burgemeester en Wethouders zijn tot het treffen dier bepalingen volkomen bevoegd de con tracten met de ziekenhuizen vormen geen beletsel daartoe. Voor het overige komt ook Spr. vrije keus juist voor. De heer VAN MIERLO kan niet geheel meegaan met de zienswijze van den Voorzitter. Spr. is het eens met den heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 992