996 1 DECEMBER 1927 De heer VAN VEEN begrijpt het afwijzend prae-advies niet. De gemeente heeft wel degelijk het recht hier gasbuizen te leggen en voor een goede straatverlichting te zorgen. Tegenover de bewoners van deze straten, die evengoed als andere ingezetenen in de lasten bijdragen, is zij daartoe verplicht. De heer RIPPEN heeft vernomen, dat deze straten onlangs in handen van de Grondcredietbank zijn overgegaan. Spr. vraagt, of dit geen reden kan zijn om zich met de nieuwe eigenares in verbinding te stellen. De heer VAN BUITENEN is het met den heer Kroone eens, dat de toestand ter plaatse 's avonds slecht is, maar men kan daar toch niet, in tegenstelling met andere particu liere eigendommen, kosteloos een verlichting aanbrengen. De menschen zouden verstandig doen zich eerst van een en ander op de hoogte te stellen vóórdat zij daar gingen wonen. De heer VAN MIERLO zou den heer Van Veen willen vragen, waar hij het recht vandaan haalt om in particulieren grond buizen te gaan leggen de gemeente heeft daar absoluut niets te zeggen. De toestand is inderdaad onaangenaam, maar men moet op het oogenblik zijn gevoel op zijde zetten. Den heer R i p p e n antwoordt Spr., dat naar hij meent die straten altijd eigendom van de Grondcrediet bank zijn geweest. De heer BRANTJES merkt op, dat in andere straten in die buurt, welke ook particulier eigendom zijn, wèl verlich ting is aangebracht. Naar aanleiding hiervan vraagt Spr., waarom het daar wèl kan en in dit geval niet. De heer VAN BUITENENU bedoeld waarschijnlijk straten, waar de verlichting reeds vóór de grenswijziging is aangebracht. Dit is gebeurd op grond van de consessie en de aanvraag van particulieren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 996