1012 1 DECEMBER 1927 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot toe kenning eerier vergoeding aan den gewezen wethouder A. C. Korteweg, luidende als volgt „Naar aanleiding van bijgaand verzoek van den heer „A. C. Korteweg, oud-wethouder dezer gemeente, „hebben wij de eer U het volgende mede te deelen. „Nadat in Uwe vergadering van 2 September j 1. de „verordening, regelende de pensionneering der wethouders, „was gewijzigd en opnieuw vastgesteld, werd besloten de „regeling voor zoover zij de vergoeding betreft (artt. 2 en 8) „op de thans (n.l. op 2 September) zittende leden van het college „van toepassing te verklaren" (gedrukte notulen blz. 668). „Adressant werd in Uwe vergadering van 2 September 1924 „tot wethouder benoemd en aanvaardde deze benoeming bij „schrijven van 3 September d.a.v., zoodat hij vanaf dien dag „als zoodanig zitting heeft gehad en wel tot 7 September j.l., „den dag zijner aftreding. „Op grond van bovenvermeld raadsbesluit zijn derhalve „de artikelen 2 en 8 der genoemde verordering (Gemeente- „blad No. 436) op hem van toepassing. De jaarwedde bedoeld „in art. 8 bedraagt f 3000. zoodat de toe te kennen ver goeding moet worden vastgesteld als volgt „van 7 September 1927 t/m 6 September 1928 f 2250.— 7 1928 6 1929 - 1500.— 7 1929 9 1930 - 750.- „Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U „voor te stellen, aan verzoeker de gevraagde vergoeding toe „te kennen als hierboven is aangegeven". Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt dienovereenkomstig besloten. De behandeling van de punten 9, 10, 12, 14, 15, 17, 19, 21, 22 en 23 der agenda wordt aangehouden tot de volgende vergadering. Alsnu sluit de VOORZITTER de vergadering. De Voorzitter,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 1012