120
24 FEBRUARI 1927.
Komende tot behandeling van de gemeente-begrooting,
geeft Spr. toe, dat men inderdaad hiermede treurig laat is.
Er is echter geen sprake van spoed op het laatstmen
vergeet dat de begrooting reeds zeer lang in handen van de
leden is. Als men het antwoord van Burgemeester en Wet
houders krijgt, is hiervan vrij spoedig kennis te nemen als
men de begrooting reeds lang kent en het afdeelingsonderzoek
heeft medegemaakt. Wenscht men echter in den vervolge
meer tijd daarvoor, dan zal daaraan zooveel mogelijk worden
tegemoet gekomen.
Overigens constateert Spr., dat op het beleid van Burge
meester en Wethouders geen ernstige aanmerkingen zijn
gemaakt, hetgeen het college natuurlijk verheugt.
De heer VAN WERKHOOVEN meent te moeten op
merken, dat hij geen afdeelingsrapporteur was.
Hetgeen hij gezegd heeft, is hem dan ook door een rap
porteur medegedeeld. Nu de rapporteurs de juistheid hebben
erkend van de totstandkoming van het Centraal Rapport,
zooals dat door den heer Speyart van W oerden is
medegedeeld, verzoekt Spr. het door hem hierover gezegde
als niet gedaan te beschouwen
Dat het Centraal Rapport versoberd is, staat bij Spr. vast.
Daarin toch wordt met geen enkel woord gerept over de
subsidie aan de A, J. C.hetzelfde is het geval met de
Muziekschool, hoewel Spr. hierover in zijn afdeeling heeft
gesproken; de heer Pel ster zal zich dit nog wel herinneren.
De heer Speyart van Woerden onderschrijft ten
volle hetgeen de heer P e 1 s t e r indertijd gezegd heeft om
trent het niet-kunnen-samengaan van Katholieken en So
ciaal-Democraten. Spr. acht dit dan toch een specifiek Ne-
derlandsche opvatting, In België en Duitschland toch regeeren
Katholieken en Sociaal-Democraten samen. In Engeland heeft
men pogingen aangewend om de Katholieke organisaties te
doen samenwerken met de Moderne.
De heer Speyart van W oerden heeft gezegd, dat