140 25 FEBRUARI 1927 aan de gemeente verhoogen door de reserve aan te spreken. Dit is niet de goede weg. De reserve dient voor eventueele aanvulling van de winstuitkeering, indien door eenige om standigheid blijken mocht, dat het geraamde winstcijfer niet bereikt wordt. Aanvulling van de winstuitkeering zou dus eerst kunnen plaatshebben, als de werkelijke winst over 1927 vaststaat. Het door den heer Appelboom aanbevolen middel, om te beschikken over een gedeelte van het batig saldo over 1926 kan plaats hebben. Het is ook in 1925 geschied. Maar het is geenszins aan te bevelen. Er dient dan allereerst vast te staan, dat er een batig slot zijn zal en hoeveel dit ongeveer zal bedragen. Met een beschikking over een ver moedelijk batig saldo moet men altijd voorzichtig zijn. Spr. wijst dan ook dit middel absoluut af. De VOORZITTER acht het niet gewenscht, om thans omtrent de aanbevolen oplossingen een beslissing te nemen. Waarschijnlijk zullen in April of Mei, wanneer de vermenig vuldigingsfactor moet worden vastgesteld, meerdere gegevens bekend zijn om daarover naar behooren te kunnen oordeelen. Er kan dan tevens overwogen worden, in hoever het ge wenscht is een gedeelte van het goed slot van 1926 over te schrijven op den dienst 1927, wat op zich zelf niet on regelmatig is. Spr. wenscht echter, in verband met de debatten, nog een kleinigheid in het midden te brengen. Ten aanzien van de berekening van de cokes en kolen zijn de heeren Korteweg en Speyart van Woerden het blijkbaar eens. Door enkele leden is nog gevraagd naar de uitkomsten van het bedrijf in verband met den ombouw. Om een goed inzicht te kunnen krijgen, zal het bedrijf eerst een paar jaar moeten werken. De gasprijs is hier aan den lagen kant. Wat den ombouw betreft, kan niet gezegd worden, dat de direc teur den Raad onjuist heeft voorgelicht. Naarmate de om standigheden zich ontwikkelden, bleek de noodzakelijkheid, dat nog andere werkzaamheden moesten worden verricht

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 140