26 FEBRUARI 1927 195 De heer PELSTER Het zal onderzocht worden. De post wordt daarop goedgekeurd en vastgesteld. Volgnummer 176h. Opbrengst van den houthak langs Singels enz. Den heer KOOPERBERG is het opgevallen, dat deze post, niettegenstaande er in den laatsten tijd meer boomen worden gerooid, lager is geraamd dan de opbrengst van den hout hak volgens de laatst vastgestelde rekening bedroeg. De heer MOLL antwoordt, dat bij den houtverkoop tegenwoordig een andere tactiek wordt gevolgd dan vroeger, Toen werden de boomen n.l. door den dienst der Beplan tingen zelf gerooid en daarna verkocht, terwijl thans verkoop op stam plaats heeft. Vandaar de mindere opbrengst. Daarop wordt de post goedgekeurd en vastgesteld. Volgnummer 177. Kosten van havens, vaarten, kaaimuren, sluizen en andere waterwerken. De heer HORNIX heeft het antwoord van Burgemeester en Wethouders ten aanzien van de singelgrachten zeer teleurgesteldhet wil goed beschouwd eigenlijk zeggen „Laat die singels maar stinken". Spr. zal er geen enkel woord meer aan verspillen er helpt toch niets aan. De heer MEIJVIS brengt in herinnering, hetgeen ten tijde van de typhus-epidemie door een medicus over de singel grachten is geschreven. De heer PELSTER zegt, dat dit vraagstuk nog steeds wordt bekekenhet is niet zoo gemakkelijk op te lossen. Degenen, die steeds zoo over den door de singelgrachten verspreiden stank klagen, moesten maar eens het middel aangeven om dit euvel te bestrijden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 195