198
26 FEBRUARI 1927
echter af, dat Burgemeester en Wethouders zonder den Raad
daarin te kennen, al was het dan ook slechts voor den
overgangstijd, een nieuwe huurovereenkomst hebben aangegaan.
De heer PELSTER Burgemeester en Wethouders heb
ben het niet noodig geacht, een formeele huurovereenkomst
daarvoor te treffen.
De heer SPEYART VAN WOERDEN Maar, het is
toch een verhuring.
De heer VAN VEEN herinnert er aan, dat deze kwestie
ook al bij de vorige begrooting is besprokenmen heeft
toen den indruk gekregen, dat de huurovereenkomst op den
bestaanden voet gecontinueerd zou worden.
De heer PELSTERDat was volstrekt onmogelijk. De
handelwijze van Burgemeester en Wethouders is misschien
eenigszins informeel geweest, maar men moet daarbij in
aanmerking nemen, dat het zich toen liet aanzien, dat het
terrein nog slechts enkele maanden gebruikt zou worden.
De heer SPEYART VAN WOERDEN wijst op de
notulen van het verhandelde in de vergadering van 29 Decem
ber 1925 (pag. 1093), waaruit blijkt, dat de heer Zijl mans
toen reeds op deze kwestie de aandacht heeft gevestigd. De
handelwijze van Burgemeester en Wethouders is in dit licht
bezien dus dubbel informeel.
Zonder verdere opmerkingen wordt deze post
goedgekeurd en vastgesteld.
De VOORZITTER verdaagt daarop de vergadering tot
Maandag 28 Februari a.s., des namiddags 2 uur.
De Secretaris, De Voorzitter,