256 11 MAART 1927 en Wethouders in de practijk uitvoering zal kunnen worden gegeven. De heer KROONE had niet verwacht, dat het persoonlijk element in het debat zou worden gebracht. De heer HORNIXDan heeft II de zaak niet goed begrepen er is alleen gezegd, dat het beter ware geweest, als dit voorstel niet van den heer Schlaghecke was uitgegaan, omdat hij daardoor den schijn op zich laadt, dat concurrentie-vrees den ondergrond ervan uitmaakt. De heer KROONE wijst er op, dat de heer Schlaghecke voorzitter is van de Bredasche afdeeling van den Ned. R.K. Bond van Handels-, Kantoor- en Winkelbedienden „St. Fran- ciscus van Assisiëhij kon derhalve deze aangelegenheid niet maar laten rusten, omdat hij nu toevallig ook winkel bediende bij de firma Hollenkamp is. Spr. kan dit voorstel uit een oogpunt van Zondagsheiliging en Zondagsrust ten zeerste toejuichen. Indien het niet mocht worden aangenomen, dan zal daarvan het 'gevolg zijn, dat een grooter aantal winkels zich zal zien genoopt 's Zondags geopend te zijn. De heer Haaiman heeft in dit verband de slagers tot voorbeeld gesteld. Waren alle winkeliers met denzelfden geest bezield als de slagers, dan zou deze verordening niet noodig zijn geweest, maar er is nu eenmaal een verordening noodig om de onwilligen te dwingen. De heer SCHRAUWEN merkt op, dat nu toch al 90 °/0 der winkels op Zondag gesloten is. De buitenlui zullen dus toch wel des Zondags naar Breda blijven komen. De VOORZITTER zegt, dat er zijnerzijds weinig of geen aanleiding bestaat voor opmerkingen de meeste bezwaren, welke tegen de voorgestelde regeling zijn ingebracht, gaan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 256