262 11 MAART 1927 Burgemeester en Wethouders zouden nooit er toe overgaan om algeheele ontheffing te verleenen, omdat daardoor de verordening tot een paskwil zou worden gemaakt. De heer Van Veen wil de winkeliers helpen, maar dupeert ze met zijn amendement veel meer dan het voorstel van Bur gemeester en Wethouders dit doet. Het amendement-Van Veen wordt daarop in stemming gebracht en verworpen met 17 tegen 3 stemmen. Tegen: de heeren Moll, Korteweg, Pelster, Kroone, Van Groenendael, Elich, Bogmans, Schrauwen, Me ij vis, Cohen, Loomans, Van Werkhooven, Speyart van Woerden, Cerutti, Haaiman, Schlaghecke en Appelboom. Voor: de heeren Van Veen, Kooperberg en Hornix. Het artikel wordt daarop met inachtneming van de door den heer Van W erkhooven voorgestelde wijziging, goedgekeurd en vastgesteld. De in de artikelen 8 en 9 voorgestelde wijzigingen worden zonder eenige bedenking aangenomen. De ontwerp-wijzigingsverordening wordt daar op, met inachtneming van de daarin door den Raad aangebrachte wijziging, in haar geheel goedgekeurd en vastgesteld. Punt 17 is reeds na punt 14 der agenda behandeld. VERSLAGEN Door den heer VAN WERKHOOVEN wordt, namens de commissie, belast met het onderzoek van de rekening van het voormalig tijdelijk Trambedrijf over het tijdvak 1 Januari-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 262