30 APRIL 1927 301 ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afschrift zijn toegezonden. Spr. vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige bemer kingen daartegen in het midden heeft te brengen. Dit niet het geval zijnde, worden voormelde notulen onveranderd goedgekeurd en vastgesteld. Alsnu stelt de VOORZITTER aan de orde: 1. Besluit van de Gedeputeerde Staten van Noord-Bra bant, d.d. 13 April 1927, G. no. 110a, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 4 Februari j.l., tot vestiging van een bouwverbod op een gedeelte van het perceel Prinsen kade, hoek Van Bergenstraat. 2. Besluiten van de Gedeputeerde Staten voornoemd, als a. d.d. 20 April 1927, G no. 321, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 7 April j.l.. tot het aangaan van een geldleening met de Pensioenfondsen voor de Koloniale Landsdienaren en Lokale Ambtenaren te 's-Gravenhage b. d.d. 20 April 1927, G. no 321a, houdende goedkeu ring van het raadsbesluit van 7 April j,l., tot het aangaan van een geldleening met den Directeur van de Rijkspostspaarbank te Amsterdam. 3. Besluiten van de Gedeputeerde Staten voornoemd, als a d.d. 20 April 1927, G. no. 67, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 7 April j.l., tot het in koop afstaan van een perceel bouwterrein in den Belcrum- polder aan H. van Doremalen; b. d.d. 20 April 1927, G. no. 147, houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 7 April j.l., tot verhuring van een stukje gemeentegrond aan de Beekstraat aan de N.V. Verf- en Glasfabriek L. A. Wouters;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 301