304 30 APRIL 1927 kunnen beantwoorden. Spr. herinnert zich niet, dat daar omtrent correspondentie is gevoerd. Trouwens bij slot van rekening kan van Burgemeester en Wethouders niet anders dan een zachte drang in die richting uitgaan. Er bestaat bij het College geen bezwaar dit alsnog te doen. De heer CERUTTI vraagt, of de bevoegdheid van den Raad zoo ver gaat, dat dit College een post op deze be grooting kan brengen. De VOORZITTER Men kan toch kwalijk een geschenk opdringen. De heer CERUTTI Neen, dat is ook niet de bedoeling de radio-installatie behoort bekostigd te worden uit het fonds van het Oude Mannenhuis. Den VOORZITTER lijkt dit geenszins mogelijk. Burge meester en Wethouders zullen evenwel met de Regenten over deze aangelegenheid spreken. Zonder verdere opmerkingen wordt daarop conform het prae-advies van Burgemeester en Wethouders besloten. 11. Adres van Mr. Dr. W. G. A. van Sonsbeeck, daarbij ontheffing verzoekende van artikel 15 der Bouwver ordening ten behoeve van het bouwen eener autogarage op het perceel aan het Wilhelminapark, sectie B. no. 5815. Bij dit adres zijn gevoegd de adviezen van de Gezond heidscommissie en den Adjunct-Directeur van Openbare Werken, alsmede een voorstel van Burgemeester en Wet houders om de gevraagde uitzondering toe te staan. Niemand der leden hiertegen eenige bedenking hebbende, wordt besloten adressant de gevraagde ontheffing te verleenen onder de navolgende voorwaarden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 304