30 APRIL 1927
315
keuze van een allen vertegenwoordigend College zal worden
overgegaan, zal de hier verwelkomden reeds terstond tastbaar
zich één doen gevoelen met de oude stadsbewoners. Alzijdige
deelneming aan de aanwijzing van de beste representanten
zal een gezonde basis vormen voor de ontwikkeling van,
wat genoemd werd, Groot-Breda, van naar een Engelsche
zegswijze, wegens de alliteratie hier zoo typisch passend
Brighter Breda.
Al zijn de omringende gemeenten iets verder teruggebracht
van ons centrum, toch zal goede samenwerking van groot
belang kunnen zijn om het schoone complex, waarvan Breda
het midden is, tot harmonieuzen bloei te brengen. Hetgeen
voorafging in den strijd voor de afwijkende belangen, die
men had te behartigen, mag daaraan niet in den weg staan.
Zooals j. 1. Woensdag de Bewindsman in de Eerste Kamer
der Staten Generaal ten aanzien van onze zuidelijke nabuur
schap sprak, kunnen wij mutatis mutandis zeggen Het is
een wederzijdsch belang en het is ook een algemeen belang,
dat onze aaneengrenzende gemeenten in goede verstandhou
ding met elkander leven en zich als goede buren met elkander
verstaan. Ja, Mijne Heeren, het geldt ten aanzien van de
gemeenten zooveel te meer en het is zooveel gemakkelijker,
om den band der nationaliteit, die op een dag als heden,
den buitengewonen verjaardag van H. K. H. Prinses Juliana,
bijzonder naar voren treedt.
Het ééne, eendrachtige Breda, Mijne Heeren, moge, onder
den zegen Gods, de vruchten genieten van wat op 1 Mei
1927 tot stand komt.
De heer CERUTTI zegt daarop het volgende
In zijn zitting van den 5den Februari 1925 besloot de
Gemeenteraad met algemeene stemmen op één na, accoord
te gaan met het wetsontwerp tot uitbreiding van de gemeente
Breda met gedeelten van de gemeenten Teteringen, Ginneken
en Bavel en Princenhage. Daarom verheugt de Raad er zich
hartelijk in, dat bedoeld Ontwerp thans Wet geworden is
