17 MEI 1927 329 naar een verderaf gelegen lokaal zullen moeten gaan stemmen. De heer VAN WERKHOOVEN geeft in overweging, in plaats van het stemlokaal aan de Kloosterlaan een lokaal in het O. L. Vrouwe Lyceum daarvoor aan te wijzen. De VOORZITTER belooft, dat Burgemeester en Wet houders die zaak nog nader onder de oogen zullen zien. Zondere verdere bedenkingen wordt alsnu conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders, tot het maken eener los- en bergplaats in den Belcrumpolder en het bouwen eener ambtswoning voor den havenmeester aldaar, luidende als volgt „Door den aanleg van den nieuwen weg naar den Bel- „crumpolder langs „de Mark" is de vroegere opslagplaats „van materialen voor gemeentewerken aldaar komen te „vervallen. Het is noodig, dat daarvoor een nieuw terrein „wordt beschikbaar gesteld. Aan een nieuwe bergplaats „bestaat, in verband met de vele werkzaamheden, groote „behoefte. Van de materialen, nu in den Belcrumpolder langs „den weg opgeslagen, wordt uit baldadigheid veel vernield. „Tusschen de Mark en den nieuwen weg als west- en „oostgrens en tusschen de spoorweghaven en den overweg „als noord- en zuidgrens, ligt een smalle strook grond, die „bij de ruiling van gronden met de Nederlandsche Spoor- „wegen eigendom wordt van de gemeente. Van deze strook „zou volgens bijgaand plan een gedeelte ter lengte van 35 M. „langs den weg tot bergplaats voor gemeentewerken zijn te „bestemmen, terwijl een lengte van pl.m. 70 M. daaraan- „sluitend als publieke losplaats zou kunnen dienen. „De afsluiting langs den weg aan de noordzijde met de „terreinen der Nederlandsche Spoorwegen is als muur gedacht,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 329