330 17 MEI 1927 „terwijl naar de zijde van de losplaats een schutting kan „worden bijgeplaatst, die in de toekomst zoo noodig kan „worden verplaatst. „Op bijgaande teekening is tevens geprojecteerd een „woning met kantoor voor den havenmeester, welke dan, „evenals vroeger, een dienstwoning krijgt, welke voor hem, „sedert de afbraak van de huizen aan de Prinsenkade, niet „meer aanwezig is. Dat de havenmeester daar woont, heeft „ook dit voordeel, dat de bergplaats niet geheel zonder toe- „zicht is. „Bovendien is een kleine overdekte bergplaats gedacht, „alsmede een eenvoudige schaftgelegenheid voor de arbeiders, „die in den omtrek werken. „Het open terrein dient te worden bestraat, waarvoor „minderwaardig bestratingsmateriaal kan worden gebruikt. „Voorloopig zou kunnen worden volstaan met het aanbren- „gen van 650 M2. bestrating voor de bergplaats en van 200 M2 voor de losplaats. Van deze verharding is pl.m. „250 M2. aanwezig, zoodat 600 M2 moet worden aangeschaft, „hetwelk zou kunnen geschieden door het vervangen van „600 M2. minder goede keien door vlakbehakte in de Wil- „helminastraat bij de brug. „Aan de directie der Nederlandsche Spoorwegen is reeds „gevraagd om de kosten van den muur op de scheiding der „nieuwe bergplaats en het terrein der spoorwegen gezamen- „lijk te dragen. Tot heden is hierop nog geen beslissing „door deze directie genomen. „De kosten van bovengenoemde werken, met inbegrip van „een woning voor den havenmeester en van 600 M2 nieuwe be strating inde Wilhelminastraat, worden geraamd op f20.000.-. „Wij hebben de eer U voor te stellen voor deze werken „een crediet tot dit bedrag toe te staan." De VOORZITTER deelt mede, dat Burgemeester en Wethouders hun voorstel hebben gewijzigd in dien zin, dat niet de keien uit de Wilhelminastraat, maar die uit de Koninginnestraat zullen worden gebruikt. In laatstgenoemde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 330