334
17 MEI 1927
telkens moeite en kosten zal krijgen. Men doet veel beter
met een woning te huren, dan kan steeds rekening worden
gehouden met hetgeen men noodig heeft. Spr. kan zijn stem
aan dit voorstel niet geven.
De heer BOGMANS kan zich geheel met de vorige
Sprekers vereenigen. Spr. verwacht in de naaste toekomst
werken, die veel meer noodig zijn.
De heer KORTEWEG zegt, dat men niet uit het oog
moet verliezen, dat Openbare Werken thans niet over een
opslagplaats beschikthet bezit daarvan is evenwel een
gebiedende noodzakelijkheid. In verband met hetgeen gezegd
is over de ambtswoning van den havenmeester, verklaart
Spr. zich niet te kunnen indenken, waar men een geschikter
plaats voor die woning zou kunnen vinden. Voorts wijst hij
op de voordeelen aan de voorgestelde plaats verbonden.
Er is gezegd, dat men in plaats van een steenen muur, ras
terwerk of een betonmuur ter afscheiding zou kunnen aanwen
den. Maar, moet nu de gemeente voorgaan met het maken
van zulke onaanzienlijke afscheidingen Spr. meent van niet.
Ten slotte zegt Spr., dat het aanbrengen van een be
schoeiing toch de voorkeur verdienthet onderhoud van het
talud der losplaats zou op den duur meer kosten dan een
beschoeiing. In tegenstelling met den heer Speyart van
W o e r d e n is Spr. van meening, dat het aantal schepen
dat daar zal lossen, niet zoo gering is. Tot staving van zijn
bewering noemt Spr. enkele van die schepen.
De VOORZITTER zegt, dat de heer Korteweg al
grootendeels de bedenkingen heeft weerlegd, welke tegen dit
voorstel zijn gerezen. Deze heeft echter niet gesproken over
de lijst van nieuwe werken, waarnaar enkele Sprekers hebben
gevraagd. Wat voor een lijst bedoel^T"men Is het de be
doeling, dat daarop worden geplaatst de werken, waarover
Burgemeester en Wethouders reeds een gevestigde meening
hebben, of die, welke door den Directeur van Openbare
]f-L^