17 MEI 1927
377
Een verhooging tot 0.9 beteekent een algemeene belasting-
verhooging van 12'/20/o- Spr. heeft straks nog meerdere
factoren genoemd, die de inkomsten zullen beïnvloeden. In
1928 beschikt men over juiste cijfers. Spr. zou het daarom
ongehoord vinden thans tot eene belasting-verhooging van
12'/2°/o °ver te gaan.
Den heer VAN VEEN zou het een genoegen doen als
door cijfers werd aangetoond, dat belastingverhooging al of
niet noodig was was. Het is zeer de vraag, of de ontvang
sten in dezelfde verhouding zullen stijgen als de toename der
bevolking. Wat de verschillende bedrijven betreft, is Spr.
overtuigd, dat de uitgaven aanmerkelijk zullen stijgen. Van
een toename van het verbruik tengevolge van de tariefs
verlaging stelt Spr. zich niet veel voor. De compensatie komt
niet het eerste jaar, maar eerst na jaren. Dan heeft men
nog de kwestie van vergoedingen aan de buitengemeenten.
Ook het weggeld van de Baronielaan, nu de weg tot Bre-
dasch grondgebied behoort, zal komen te vervallen.
De heer ELICH zegt het volgende
Door den heer Haaiman is gezegd, dat het niet correct
was met dit voorstel te komen, terwijl den heer H o r n i x
afwezig is.
Bij het behandeling der begrooting in de afdeelingen is
alleen door mij op verlaging van f 0.35 op f 0.30 aange
drongen, zulks blijkt uit het Centraal rapport, waarin onder
meer voorkomt, dat verschillende leden vroegen of de
tarieven thans nog niet voor verlaging vatbaar waren, terwijl
er door één lid werd aangedrongen om den prijs te brengen
van f 0.35 op f 0.30 per K.W.
En wat het voorstel zelve betreft, Mijnheer de Voorzitter
ik meende hiertoe gerechtigd te zijn, omdat bij de behande
ling van de begrooting gezegd was, dat deze kwestie behandeld
zou worden bij het vaststellen van den factor.