4 FEBRUARI 1927. 39 „Van uitbreiding ot verbouwing der school is geen sprake, „evenmin kunnen de rijwielrekken worden gerangschikt onder „de schoolmeubelen of leer- en hulpmiddelen. „Afgezien derhalve van de vraag, of het wel juist is, dat „een schoolbestuur, hetwelk een beroep op art. 72 wenscht „te doen, vooraf reeds eigenmachtig tot de aanschaffing van „het benoodigde overgaat, meenen wij, dat de aanvrage niet „is te rangschikken onder art. 72 der wet, zoodat wij de „eer hebben U in overweging te geven, op het verzoek „afwijzend te beschikken Zonder eenige bedenking wordt dienovereen- stig besloten. 25. Adres van het bestuur der Vereeniging tot stichting en instandhouding van scholen met den Bijbel, daarbij ver zoekende gelden beschikbaar te stellen voor de aanschaffing van leer- en hulpmiddelen ten behoeve van de Prinses Julianaschool aan het Van Coothplein, met gunstig prae-advies van Burgemeester en Wethouders. De heer VAN WERKHOOVEN heeft in de stukken gelezen, dat Burgemeester en Wethouders zich nog nader zullen verstaan met het schoolbestuur omtrent de aan te schaffen boeken en leermiddelen. Naar aanleiding hiervan vraagt Spr., of dan nog de mogelijkheid bestaat, dat er een ander oordeel volgt dan dat van den Gemeentelijken Inspec teur van het Lager Onderwijs. De VOORZITTERNeen, wij zullen ons wel houden aan het oordeel van dien Inspecteur. Den heer VAN WERKHOOVEN heeft het ten zeerste verwonderd, dat het advies van den Gemeentelijken Inspecteur, den heer Van W i e c h e n, zoo gunstig luidt, terwijl de Inspecteur van het L. O., de heer Verbeeten, in zijn

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 39