27 MEI 1927
397
en
plaatse op de hoogte gesteld omtrent den toestand der be
strating, doch hij is niet van de urgentie der voorgestelde
verbetering overtuigd. Hij doet dan ook het voorstel de
behandeling van deze zaak aan te houden, opdat de in Sep
tember a.s. optredende Raad, waarin ook de bewoners van
het geannexeerde gebied vertegenwoordigd zullen zijn, daar
over zal kunnen beslissen.
De heer COHEN heeft den indruk gekregen, dat Burge
meester en Wethouders met dit voorstel zijn gekomen den
kende Het wordt toch afgestemd. Immers, in de vorige
vergadering nog is ten sterkste aangedrongen op het over
leggen van een lijst van belangrijke werken, welke in de
naaste toekomst uitgevoerd behooren te worden, opdat de
Raad een leiddraad hebbe. Desondanks komen Burgemeester
en Wethouders nu met dit voorstel. Spr. erkent, dat verbe
tering van de Baronielaan noodig is, maar zij is niet urgent.
Wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders aan
genomen, dan moet het werk worden uitgevoerd in het drukst
van het vreemdelingenseizoen. Spr. is dezelfde meening toe
gedaan als de beide leden van de Bouwcommissie, die de
in September a.s. optredende Raad over dit voorstel willen
laten beslissen. Daarop kan z.i. niets tegen zijn de hoog-
noodige verbeteringen kunnen inmiddels voorloopig worden
aangebracht. De raadsleden hebben trouwens niet voldoende
gelegenheid gehad om zich voor een zoo belangrijk voorstel
te prepareeren, daar de agenda eerst Maandag j.l. in hun
bezit is gekomen. Spr. dringt er ten slotte op aan, de be
handeling uit te stellen tot de gemeentebegrooting voor 1928.
De heer SPEYART VAN WOERDEN meent begrepen
te hebben, dat het de bedoeling van het voorstel van den
heer Kooperberg is om, zonder debat over het eigenlijke
plan, Burgemeester en Wethouders te verzoeken dit voorstel
eenige maanden terug te nemen. Spr. kan dit voorstel steunen.
Vervolgens herinnert Spr. aan hetgeen in de vorige ver
gadering tot uiting is gekomen en zegt, dat het voorstel, in