24 JUNI 1927
423
Deze commissie zich tot dat doel verwijderd hebbende,
wordt de vergadering voor eenige oogenblikken geschorst.
Na heropening der vergadering rapporteert de commissie
bij monde van den heer Cerutti, dat zij bij de stukken
een verklaring heeft aangetroffen, vermeldende, dat de be
noemde geen openbare betrekking bekleedt, terwijl dit inder
daad wèl het geval is. Deze openbare betrekking valt evenwel
niet onder de onvereenigbare betrekkingen in art. 24 der
Gemeentewet genoemd, weshalve de commissie adviseert de
overgelegde stukken goed te keuren en te besluiten tot toe
lating van den heer C r u 1.
Niemand hiertegen eenige bedenking te kennen
gevende, noch stemming verlangende, wordt
conform het advies der commissie besloten en
wordt de heer C. A. C r u 1 derhalve toegelaten
als lid van den Gemeenteraad.
14. Schrijven van Burgemeester en Wethouders, daarbij
voorstellende aan de stembureax voor de te houden stemming
voor de verkiezing van de leden van den Raad der vergroote
gemeente Breda te benoemen tot voorzitters, leden en plaats
vervangende leden de op bijgevoegden staat vermelde
personen en wel voor de functie achter hun namen vermeld.
De heer VAN VEEN heeft in de stukken gezien, dat
het 5de stemdistrict toch nog zijn verafgelegen stemlokaal
heeft behouden, niettegenstaande de Voorzitter in een vorige
vergadering Spr. had toegezegd, dat aanwijzing van een
ander stemlokaal, dichter bij het Wilhelminapark gelegen, in
welwillende overweging zou worden genomen. Spr. vraagt,
wat de reden is, dat zulks niet is gebeurd.
De heer PELSTER antwoordt, dat er aan de aanwijzing
van een ander stemlokaal practische bezwaren verbonden
zijn. Men moet hierbij niet alleen denken aan de kiezers.
