24 JUNI 1927
455
Wat Breda betreft, liet het zich aanzien dat niet alleen
geld, doch ook werkdadig door het verleenen van huisves
ting hulp zou moeten worden verleend. Lokalen waren
spoedig gevonden, doch voor de inrichting zou nog al een
en ander noodig zijn en zoo ontstond spoedig contact tus-
schen het R. K. Huisvestingscomité, dat reeds zich van
lokalen enz. verzekerd had en de afdeeling Breda van het
Ned. Roode Kruis. Op 6 Januari 1926 had een gecombi
neerde vergadering plaats, waarbij de huisvesting en. verzor
ging van eventueele vluchtelingen werd geregeld en voor
bereid. Het lag onder deze omstandigheden voor de hand,
gezamenlijk de algemeene actie te voeren, ook de geld
inzameling de vergadering beraadslaagde daarover, doch
het bestuur der afd. Breda van het Ned. Roode Kruis, dat
staande de vergadering nog zijn Hoofdbestuur optelefoneerde,
kreeg van het Hoofdbestuur geen vergunning die geldinza
meling te houden. De gecombineerde vergadering publiceerde
in de plaatselijke pers op 7 Januari 1926 een communiqué
waarin o.a. het volgende: „Voorts is er beraadslaagd over
„de te houden geldinzameling. De vergadering had er de
„voorkeur aan gegeven om deze geldinzameling van de
„beide vereenigingen te doen uitgaan. Het afdeelingsbestuur
„van het Ned. Roode Kruis had daartoe echter geen volle-
„dige vrijheid van handelen omdat het van het hoofdbestuur
„slechts vergunning had om zoo noodig in te zamelen voor
„aanvulling van de voorraden van het kringmagazijn, iets
„waartoe vooralsnog geen aanleiding bestond. De vergade
ring kwam daarom tot het besluit, dat de geldinzameling
„zal worden georganiseerd door het R. K. Huisvestings
comité en dat de afdeeling van het Ned. Roode Kruis de
„te houden inzameling ten zeerste zal aanbevelen. Ook van
„gemeentewege wordt deze geldinzameling als de officieele
„beschouwd." Dit communiqué was onderteekend door het
bestuur der afd. Breda van het Ned. R. K. Huisvestings
comité en het bestuur der afd. Breda van het Ned. Roode
Kruis.